Slecht nieuws en goed nieuws

Ik heb slecht nieuws en ik heb goed nieuws.

Het slechte nieuws is: Er kan een hoop veranderen in een paar maanden.

Het goede nieuws is: Er kan een hoop veranderen in een paar maanden.

Ik betrapte mezelf erop dat ik niet meer wist hoe we dingen twee maanden geleden deden. Op welke dagen ging jij vroeger naar kantoor? vroeg ik aan Irene. Vroeger, zei ik, alsof we oud en wijs en vergeetachtig waren geworden.

Wat waren ook alweer de BSO-dagen?

Ik nam gisteren de fiets en het voelde ongewoon. Ik zwengelde alle kanten op. Ik realiseerde me dat het weken geleden was dat ik de fiets nam.

We moeten nieuwe gymschoenen kopen voor mijn zoon. De oude passen niet meer.

We zitten ’s avonds anders aan tafel. Onze kinderen zitten nu naast elkaar, tegenover ons. Dat wilden ze graag.

Mijn dochter is zindelijk geworden. Mijn zoon heeft veters leren strikken. Irene is een thuiswerker geworden. Ik sta dagelijks om half zes op. Ik doe ander werk.

De zitzak is kapot gegaan van al het stoeien.

Twee maanden geleden was ik somber, bang voor veranderingen. Dat waren veranderingen waar ik geen controle over had. Ik las alleen maar slecht nieuws.

Nu ben ik blij met veranderingen. Dit zijn veranderingen waar ik wel controle over heb.

Ik maak nu mijn eigen goede nieuws.

Wat maak jij vandaag?


Ik ben begonnen met een nieuwe blog. Betering.nl, met persoonlijke verhalen over geld. Zoals de geldlessen van mijn oma.

7 mei 2020