Onweer

Het regende nog niet toen ik begon te werken aan een artikel. Ik had koffie gezet. Het was warm op zolder. Om twaalf uur ging het luchtalarm af. Ik woon vlak naast een school waarop zo’n luchtalarm staat, dus het klonk heel hard en ik schrok toen het afging, want ik was, zoals altijd, vergeten dat het de eerste maandag van de maand was, en het alarm kwam ook niet langzaam op gang, maar begon met een hard krakend geluid, alsof het eerst door een laag van spinnenwebben en vogelnesten moest breken, waarmee de toeter was dichtgeslibd. Ik las op internet dat er mensen waren die vandaag, zodra het luchtalarm klonk, op straat zouden gaan staan. Daarmee gaven ze aan dat ze tegen Geert Wilders waren. Ik keek uit mijn zolderraam. Ik zag een groepje scholieren door de straat zwalken, eentje schopte hard tegen een vuilnisbak. Het regende toen nog steeds niet. Ik ging weer door met werken. Aan het einde van de middag deed ik boodschappen. Ik zag een bekende Nederlander een krat bier kopen. Toen ik de Albert Heijn uitkwam, was het opeens een stuk donkerder. Toen ik thuiskwam, begon het heel hard te regenen. ‘s Avonds kwam het onweer.

8 april 2014