Tanden

Ik weet niet hoeveel tanden ik heb. Op
internet lees ik dat een volwassen mens tweeëndertig tanden heeft. Dit lijkt me
overdreven veel. Volgens mij heb ik er minder. Sowieso heb ik geen
verstandskiezen, maar ook achtentwintig tanden lijkt me nog aan de ruime kant
geschat. Tellen gaat lastig, want ik voel niet waar de ene kies begint en de
andere eindigt. Ik zou het aan de tandarts kunnen vragen, maar zij is altijd zo
streng. Dat durf ik niet.

Mijn dochter heeft sinds kort vier
tanden. Twee boven, twee onder, allemaal aan de voorkant. Nog vier kiezen erbij
en het is genoeg wat mij betreft. Ze eet onderhand zo’n beetje alles wat we
haar voorleggen en daar gaat het toch om? Als een knaagdiertje kan ze minutenlang
aan een stuk komkommer zitten knabbelen totdat alleen de schil overblijft, die ze
daarna achteloos op de grond gooit.

De laatste dagen ligt ze ’s avonds
soms wakker in bed. We vroegen ons af of ze misschien ziek was, maar
vanochtend ontdekte Irene dat er vier nieuwe tanden bijkomen in haar
babygebitje, eentje is er al door het tandvlees gebroken. Mij lukt het alsmaar niet
om de witte puntjes door het tandvlees heen te zien glinsteren. Als ik met mijn
vinger in haar mond ga om die ene doorgebroken tand te voelen, bijt ze me hard.
Zo zacht als een baby is, zo hard en scherp zijn de tandjes die zich een voor
een door het vlees persen. Het is een afschuwelijk proces. En deze vier is nog
maar het begin. Een melktandengebit bestaat uit twintig tanden.

Ik associeer tanden eerder met pijn
dan met eten. De pijn van het doorbreken, de pijn van het wisselen, de pijn van
een touwtje om een losse kies en dan vlug en hard aan het touwtje trekken, de
pijn van een gaatje, de pijn van het boren. De pijn van de
wortelkanaalbehandeling die ik zeven jaar geleden twee uur lang onderging en
die ik nooit meer zal vergeten. Er was iets met de verdoving, die werkte
namelijk niet of maar een beetje. Elk kwartier spoot de tandarts meer verdoving
in mijn tandvlees, maar de tergende pijn bleef aanhouden. De tandarts had nog
nooit zoiets gezien, zei ze. Sindsdien heb ik geen poetsbeurt meer
overgeslagen.

Over een paar jaar begint mijn zoon
met wisselen. Melktanden worden dan pure tanden. Ik kijk er niet naar uit. Het
zal allemaal zijn biologische redenen hebben, maar omslachtig is het wel. En
wat doen we straks met al de gewonnen melktandjes? Twee keer een volledig gebit
van twintig melktandjes is veertig melktandjes. Die van mij bewaarden mijn
ouders in een doosje en dat doosje inclusief inhoud gooide ik zelf vele jaren
later in de vuilnisbak. Ik ga geen tanden tellen of bewaren. Ik eet liever een
appel.

5 september 2017