Het is zondag. De zondagochtend is misschien wel mijn favoriete ochtend. Alles gaat langzamer dan normaal. Er is geen haast. Zelfs mijn normaal vroeg wakker wordende kinderen lijken zich in te houden.
Als ik ’s ochtends om half zes naar buiten kijk, zie ik de A10, die dwars door onze woonwijk loopt. Ik doe dan vaak een spelletje. Ik tel de seconden die zitten tussen twee voorbijrijdende auto’s. Voor de quarantaine haalde ik maximaal 3 seconden. Tijdens de quarantaine ging dat aantal door de week omhoog naar dagrecords van 10 a 15 seconden.
Deze zondag haalde ik de 23 seconden.
23 seconden lang was de A10 compleet verlaten. 23 seconden lang stond de economie voor mijn raam compleet stil. Het zag er postapocalyptisch uit, zo’n uitgestorven snelweg.
Ik telde de seconden in mijn hoofd. Vanaf 20 hield ik mijn adem in, zo spannend was het. Terwijl ik juist heel hard had moeten in- en uitademen. Zo schoon als nu was de lucht hier nog nooit.