Vroeg in de middag zag ik een voorstelling over een man die 35 was, Marokkaan en homo en die door zijn moeder werd geslagen. Halverwege begon mijn maag te rommelen. Tijdens het applaus huilde de acteur, die zelf ook 35, Marokkaan en homo was en die hoogstwaarschijnlijk echt door zijn moeder was geslagen. Daarna ging ik lunchen met een collega in een restaurant aan het Leidseplein. We zeiden grappige dingen over acteurs. Ik bestelde kroketten. We hadden het erover of het voor theater beter of slechter is als het echt gebeurd is. Buiten fietste iemand voorbij die ik kende, een andere collega. Achter op haar fiets had ze een leeg kinderzitje. Een uur later kwam ik haar opnieuw tegen bij mij in de buurt, waar zij ook woonde. Nu zat haar zoon in het kinderzitje. We groetten. Ik durfde niet te zeggen dat ik haar eerder had zien fietsen op het Leidseplein. De rest van de middag stopte ik boeken in dozen die naar de kringloopwinkel zouden gaan, om ruimte te maken voor de kinderkamer.