Een actrice zag me aan voor iemand anders. We stonden op een première en de voorstelling was net afgelopen en ze dacht dat ik een acteur was. Ze vertelde waar ze mee bezig was. Daarna was het te laat om mijzelf alsnog voor te stellen. Ik knikte op al haar vragen. Er kwamen schalen met gefrituurde hapjes voorbij en andere schalen met prosecco. Ik pakte niks. De actrice keek me achterdochtig aan. Andere acteurs, die zojuist gespeeld hadden, kwamen de foyer in. Ze omhelsden de actrice die dacht dat ik iemand anders was. Er werd gezoend en geproost. Ik sloop achter een regisseur langs het theater uit. Het was buiten helemaal niet koud. Ik kreeg het tijdens het lopen naar het station zelfs erg warm in mijn winterjas. De volgende dag schreef ik een recensie. Daarna ging ik naar de kapper.